Logo Parkinson en Werk Search

Annelien Oosterbaan: “Werk is niet alles. Gelukkig maar!”

Terug naar alle verhalen

Annelien Oosterbaan: “Werk is niet alles. Gelukkig maar!”

Annelien Oosterbaan
Annelien Oosterbaan.jpg

“Parkinson? Dat is toch iets voor oude mannen? Hoe kan mij dit nu overkomen?” Annelien Oosterbaan was in shock toen ze de diagnose parkinson kreeg. 33 jaar, moeder van 3 kinderen en bijna klaar met haar opleiding tot gynaecoloog. Het was zacht uitgedrukt niet echt iets waar ze op zat te wachten. Toch besloot ze heel vastberaden dat het haar niet klein zou krijgen.

Afgeschreven

“Met zo’n diagnose ben je al afgeschreven voordat je het daadwerkelijk bent,” begint Annelien openhartig. “Althans, zo voelde het voor mij. Ik stond aan de start van een prachtige loopbaan. Gepromoveerd en bijna klaar om als gynaecoloog aan de slag te gaan. Maar nu werd ik gezien als risico om aan te nemen. Nachtdiensten en opereren; hoe lang zou ik dat nog kunnen? Lagen de banen eerst zowat voor het oprapen, na mijn diagnose was het tegenovergestelde het geval.”

Nieuwe prioriteit

Het is een hele struggle om de ommezwaai in haar loopbaan te omarmen. Maar uiteindelijk ziet Annelien de positieve kant ervan in. “Gynaecoloog worden was iets waar ik jaren naartoe had geleefd. Dus na de diagnose was de eerste echte klap dat ik me realiseerde dat ik mijn vak grotendeels niet kon gaan uitoefenen. Ik wás mijn werk, dus wie ben je dan zonder? Maar mijn prioriteiten zijn gelukkig veranderd. Mijn kinderen en mijn gezondheid; daar gaat het om. Ik ben er dankbaar voor dat ik veel tijd voor mijn gezin heb, daar geniet ik enorm van. Werk is niet meer alles.”

“Wat kan ik nog wel?”

Wat niet wil zeggen dat werk er helemaal niet meer toe doet. Annelien: “Ik kijk niet meer naar de onmogelijkheden, maar vooral naar wat ik wel kan. Mijn huidige baan als keuringsarts bij het UWV geeft veel voldoening, want daar kan ik anderen helpen inzien wat ze nog wél kunnen. En ze zo motiveren om, ondanks hun ziekte of aandoening, zo lang mogelijk te blijven werken. Tenslotte voel je je beter als je werkt. Dat bevestigt onderzoek én weet ik uit eigen ervaring. Je kunt met parkinson een carrière hebben! Er zijn genoeg mensen die nog tientallen jaren kunnen blijven werken. Het is goed als patiënten en werkgevers zich dat realiseren.”

Wanneer zeg je het?

“Toen ik was aangenomen als keuringsarts bij het UWV ben ik met open armen ontvangen. Ik word voor vol aangezien en gewaardeerd om wat ik doe en kan. Dat is wel een opluchting nadat ik er zo mee heb geworsteld of ik het nou wel of niet moest vertellen tijdens het solliciteren. Ik ben heel open over mijn ziekte, maar iedereen raadde me aan om het niet meteen te vertellen. ‘Ga eerst maar kijken of je het wat vindt, je bent tenslotte niet verplicht om het te zeggen.’ Uiteindelijk heb ik het na 5 maanden verteld, net nadat ik een jaarcontract had gekregen, met de uitleg dat ik eerst op mijn werk beoordeeld wilde worden. Mijn manager heeft er super op gereageerd. ‘We hadden je sowieso aangenomen,’ was het antwoord. Ik was opgelucht dat het hoge woord eruit was, maar kan niet adviseren of anderen met parkinson het nou wel of niet moeten zeggen tijdens het solliciteren. Ik vind het belangrijk dat er open over gesproken wordt, maar uiteindelijk moet je gewoon doen wat goed voelt.”

Zwanger met parkinson

Naast haar werk als keuringsarts doet Annelien een dag per week onderzoek naar vrouwen met Parkinson. “Hoe kan de zorg voor jonge mensen met parkinson, en dan specifiek bij vrouwen, beter? Heeft parkinson invloed op zwangerschap, menstruatie en de overgang? En zo ja, hoe dan? Met name over zwangerschap is weinig bekend. Daarom neem ik ook data van buiten de Nederlandse grenzen mee in mijn onderzoek. Ik ben heel benieuwd wat ik ga tegenkomen, al is het alleen al omdat ik momenteel zelf zwanger ben van mijn vierde kindje. Het is mijn eerste zwangerschap met parkinson, maar behalve een tijdelijke switch van medicatie, merk ik er niet veel van. Ja, de gewone zwangerschapskwaaltjes, maar dat hoort erbij,” lacht Annelien.

Marathon

Rustig aan doen, is niets voor Annelien. “Ik ben nu vijf jaar ziek. In een boekje hou ik bij wat er verandert. Het uit zich met name in mijn linkerarm, die trilt. En ik slaap wat onrustiger en soms trilt mijn stem een beetje. Maar verder gaat het goed. Ik heb altijd veel gesport en ben dat ook blijven doen. Sport kan de ziekte langer stabiel houden en het voelt goed om te ontdekken waar je toe in staat bent. In 2019 rende ik de marathon van Rotterdam; daar kreeg ik zo’n kick van, dat mijn lijf dat aankon. Verder hockey ik vrij hoog en golf ik regelmatig. Met putten is die trillende hand wel irritant, dus verzin ik een truc om dat te omzeilen.”

Date

“Ik leerde mijn vriend kennen via een dating-app. ‘Ga ik nou in mijn profiel zetten dat ik parkinson heb?’ vroeg ik me af. Maar ik heb het niet gedaan, want de ziekte definieert me niet. Bovendien, dat ik drie kinderen heb, schrikt vast al genoeg af!” vervolgt ze lachend. “Op de tweede date durfde ik het, na een paar drankjes, te vertellen. Hij reageerde heel relaxed. ‘Tegen de tijd dat je heel erg trilt, zetten we je wel achter de cocktailshaker!’ ‘Fijn, een beetje humor en zelfspot, dat kan wel eens wat worden,’ dacht ik. Het werd inderdaad vrij snel serieus. Hij helpt me waar nodig, maar daagt me ook uit om niet te snel op te geven. Met klussen bijvoorbeeld, moedigt hij me altijd aan dat ik het eerst zelf probeer; wat ik heel erg in hem waardeer. We zijn een goed team en kijk er enorm naar uit dat ons kindje binnenkort wordt geboren, dus ik zie de toekomst zonnig tegemoet.”

Meer verhalen